woensdag 18 februari 2015

Golf


Ik ga het toch maar eens proberen.
Ja, golfen dat is echt mijn ding.
Dit is een spel dat ik wil leren,
want ik heb een sublieme swing.

De baan dus op, ’t is prima weer,
in khaki broek en ruime polo.
Voor alles is een eerste keer,
tegenwoordig heet dat : YOLO!

Een tas met nieuwe clubs en ballen,
ik ben gretig en bijzonder ready.
Wel een gesjouw met die gevallen,
want ik heb dus helaas geen caddie.

Eerst nog wat moed indrinken maar,
een flesje rode slobberwine.
Nu ben ik dan eindelijk klaar,
dus goedgemutst naar de Front Nine.

Ik ben nog nauwelijks op het gras …
en struikel. Ik vloek: potverdrie,
kijk achterom wat dat nu was:
jawel hoor, een verdwaalde tee!

Ik plaats dat ding fluks in de grond
en pak de allergrootste drijver.
Ik sla hard af. De plons, terstond,
ledigt bijna de gehele vijver!

Nog maar een poging afgevuurd,
die bal gaat richting hemel hoor!
Er staan wel spelers in de buurt,
ik roep - zoals dat heurt - dus: FORE!

Mijn extra handicap slaat in.
Ik hoor al iemand roepen: Hé!
Een groepje met zeer slechte zin,
en ik heb dus geen GVB.

Hardhandig word ik opgepakt
en van de baan getransporteerd.
Al met mijn Mulligan gezakt,
maar dit heb ik dan wel geleerd:

Ik houd het toch maar bij de bar,
of ga naar yoga bij zo’n yogi.
Voor mij geen eagle of een par,
nee, zelfs geen double triple bogey!


© Arjan Keene,
Golfclub Heelsum, 12-2-2015





zaterdag 7 februari 2015

Vannnacht heb ik een droom gehad


Bij de opening van de expositie van Emmy Chau in Galerie Cultura, Ede.

Het was een droom uit een vergeten land,
een wereld die ik dacht nog te herkennen.
Ik hoorde iets dat leek op vreemde stemmen,
het licht viel ergens tussen nacht en dag.

Vanaf een brede muur keek ik omlaag
in eindeloze lange loopgraafgangen.
Het leken sleuven, voren, slangenwanden,
die door een grote hand waren gegutst.

Een labyrint dat in de grijze aarde
als in een hinderlaag te wachten lag
op wat ik in gebutste aders zag.

De grond bewoog. Alles schokte. Ik schrok,
maar in mij school een diep verlangen
om te zien wat uit die mollengangen kroop.



Was dit een droom? Of werd ik nu juist wakker?
Omzoomd door wallen trilden uit de grond
eerst hoofden, harnassen, toen handen, voeten.
Ontelbaar velen. Een leger dat nu stond.

Een uit de grond getrokken volk van klei.
De stemmen namen toe. De klei kreeg kleur.
En elk gezicht, elk beeld werd langzaam anders,
alsof een god de mens geschapen had.

De stemmen werden smalle tekstballonnen
die aan penselen zweefden naar banieren.
In de lucht werd nieuwe taal geschreven.

Toen spoelde een zee van inkt naar binnen,
de klei werd zwart, en witte plekken bleven
zichtbaar, daar waar de mens het licht inging.

(c) Arjan Keene

zondag 1 februari 2015

Girotondolettenkransje

1.

Dit is een girotondolettenkransje.
Volstrekt uniek en enig in zijn soort,
al klinkt dát dan wellicht toch wat infaam.

Maar ík had er nog nimmer van gehoord,
dus draai ik hier een liefdesrondedansje.
De vinding schrijf ik vrolijk op mijn naam.

2.

De vinding schrijf ik vrolijk op mijn naam,
een plus voor mijn curriculum vitae,
een aanwinst voor het opgepoetst blazoen.

Ik ben er nogal in mijn nopjes mee.
Wellicht word ik spontaan wel polygaam
en zingend ga ik aan de liefde doen!

3.

En zingend ga ik aan de liefde doen,
een liedje over quanto bello mondo
zal klinken door het open tuimelraam.

De hele dag dans ik de girotondo,
een goddelijk verkregen visioen.
Ik reken op zijn minst op wereldfaam.

4.

Ik reken op zijn minst op wereldfaam,
al is het kunstje een soort a-b-c,
dit is toch wel een zeldzaam buitenkansje.

Ik stuur het op naar Doctorandus P,
een heerschap, literair én vakbekwaam,
want déze claim is dus géén tweedehandsje.

5.

Want déze claim is dus géén tweedehandsje.
Wanneer zag men het volgzame sextet
een selfiedans doen in een legioen?

Al is de bouwsteen - girotondolet -
geef ik grif toe, dan wel een samenflansje:
mijn muze blaast al reeds op mijn klaroen.

6.

Mijn muze blaast al reeds op mijn klaroen.
En schokkend schalt een ferme jubelkreet
want deze dag krijgt een bijzonder glansje.

Welnu, aan u, het land, en de planeet,
stel ik nu voor, en dat met goed fatsoen:
dit is een girotondolettenkransje.

7.

Dit is een girotondolettenkransje.
De vinding schrijf ik vrolijk op mijn naam
en zingend ga ik aan de liefde doen!

Ik reken op zijn minst op wereldfaam
want déze claim is dus géén tweedehandsje.
Mijn muze blaast al reeds op mijn klaroen.


Een poëzieweekgeschenkje.

(c) Arjan Keene