zaterdag 27 maart 2010

Twitchy bird

An ornithologist said to his wife:
'I'm off to the fields again, back by five,
but when I return, my darling love,
I'll bring you a rare heart-speckled dove.'

She disliked his flirting with other birds,
but he sure did have a way with words.

donderdag 18 maart 2010

Bloody Beckham

De Britse natie stort ter aarde,
de strijd bij voorbaat al verloren.
De graszoden ontdaan van waarde,
wie gaat nu op het slagveld scoren?

Geraakt in de flank, de achilleshiel.
Geen voet, geen bal, geen moederziel.


Beckham scheurt achillespees
en zal het WK moeten missen.

maandag 15 maart 2010

Lichtzinnig

Wat ik mij herinner is een lamp.
Niet zomaar een lamp,
of in ieder geval niet zomaar
een herinnering.
Mijn allereerste herinnering.

Ik rijd op een driewieler in de hal.
Ik kijk omhoog.
Er hangt een lamp.
Koperachtig, bolvormig, glas.
Woorden die ik nog niet had.
Blauwgroen licht schijnt
in de hal door kleine ruitjes.
Een klein mannetje erin.

Ik weet niet waar de lamp
gebleven is.
Ik wil het ook niet weten,
als ik de lamp zie dan
zie ik mijzelf.
Maar als de lamp er niet
zou zijn, of anders is, of.

Dan is het niet meer waar.
Wie ben ik dan.

zondag 14 maart 2010

Absolutie

Ik ben niet ouder geworden dan achttien.
De tijd staat in mij stil tot nooit.
Dacht ik, denk ik, wil ik nog geloven.

Mijn lichaam heeft nooit het bericht
gekregen dat het moest blijven staan.
Eén signaal gemist, even niet opgelet
en het moment is weer voorbij gegaan.

Ik was godverdomme toch uitverkoren,
ik zou toch worden overgeslagen
bij het verdelen van de dagen.

Wat heb ik toch gedaan met al die tijd.
Wat heb ik toch gedaan met al dat leven.

woensdag 10 maart 2010

Klein vergrijp

Er zit een schrijver in de bajes,
het is een dichter van plezier.
Hij zit daar tussen al het gajes
als onderwerp van hun vertier.

Het was een rechterlijke dwaling,
men zei: gemeenschap met een dier.
Aan context had men echter maling:
hij neukte enkel met een mier.

zondag 7 maart 2010

Introjectie

Wanneer ik 's ochtends in de spiegel kijk
dan stort de zon spontaan weer naar benee,
ik zie een sterk vervallen nieuwbouwwijk,
en groeven dieper dan 't diepste treintracé.

Dan denk ik: grasfalteren maar die handel,
geef mij het landschap van voorbije tijd,
ik wil als jonge god weer aan de wandel,
mijn blikken lonken naar een vrije meid.

Ik ben niet voor een gat of groef te vangen
zolang het hele lijf niet mee gaat muiten.
Maar als van onder slappe was zal hangen,
geen twijfel: liters botox laten spuiten.

Duiding

De kerk laait op in groene vlammen.
Boven de synagoge hangt een gele ster.
De tempel schroeit in opium en wierook.
De moskee verspreidt een blauwe gloed.

De heidenen lopen ongelovig langs,
de humanisten staan hier buitenspel.
Populisten schreeuwen moord en brand,
zien hoofddoekjes gedrenkt in bloed.

Kerk en staat zijn nooit gescheiden,
de kiezer heeft de politiek verketterd.
Wie luisteren wil wordt gek verklaard,
de middenweg komt hier niet meer goed.

De taal is aan de straat verpand.
De zuilen schuiven naar de rand.