vrijdag 17 september 2010

Meneer Shakespeare, lieve William,

Zal ik u meten aan een dodenmasker?
Niet mijn idee, maar van de wetenschap.
Ze kleien graag met rottend alabaster,
Die lui zijn dol op een genadeklap.

Het is dan ook beslist geen fraai gezicht,
U bent toch hoop ik niet op wie u lijkt.
Ik zie u liever als in dat gedicht
Waarin u ijdel in de spiegel kijkt.

Sonnetje achttien. Dat bent u, niet waar?
U had gelijk, het wordt nog steeds gelezen.
Men roept maar wat, dat u met allegaar -
Behalve Anne dan - heeft liggen kezen.

Uw beeltenis is nu voorgoed verkloot,
Ik zag u liever in de Playgirl, bloot.

dinsdag 14 september 2010

H2O Nee

De regen in dit land is altijd nat
Nooit kom je eens een droge druppel tegen
Of dat een bui spontaan is opgestegen
Dat iemand boven denkt: het is toch wat
Daar loopt een arme drommel op ons pad
Die heeft toch al zo weinig klaargekregen
En is genoeg verzopen door de regen
Maar nee, die smeerboel landt hier altijd nat

Ik ben dat watermanagement echt zat
En van regenten komt vast ook geen zegen
Ik emigreer dus naar berg Ararat
Maar ik vermijd beslist des Heren wegen
Want die zijn eindeloos en altijd nat

zondag 5 september 2010

Vandaag is een mooie dag

Vandaag is een mooie dag.


Vandaag is een dag om van te genieten,

een dag waarop het prachtig weer is,

ook als het de hele dag regent,

vandaag is zo’n dag dat de zon altijd schijnt,

ook als een hand met hagelstenen strooit,

ook als het luidkeels zou gaan sneeuwen.


Vandaag is de bruid een meisje van pastel,

op een pad van witte rozenblaadjes.

Vandaag is de bruidegom een boom

met diepe wortels, bestand tegen elke storm.

Vandaag wordt hun zoon een nieuwe bakugan.


Vandaag is een dag om van elkaar te houden.

Een dag om te doen wat je niet eerder deed,

een dag om te zeggen wat geen woorden heeft,

een dag om nooit meer te vergeten.


Vandaag is een dag om te genieten.

De sterren zullen met ontelbaar velen zijn vannacht.

En morgen vieren we opnieuw vandaag.

zaterdag 3 juli 2010

Magnetron Word

Ik kan de hele dag geen verzen vreten
en om mij heen eet niemand een gedicht.
Ik krijg dan last van jeukerige neten,
de hongerklop en reumateuze jicht.

Geen hond die van mijn jambentrek wil weten,
men plooit scabreus een comateus gezicht.
Dit voedsel van verdwaalde emobeten
is voor het vederlichte zwaargewicht.

Maar 's nachts wil ik mij met de goden meten,
dan stroomt de scrabbledans door elk gewricht.
En eer dat ik weer kruip voor de asceten
voer ik een vers aan 't nieuwe ochtendlicht.

dinsdag 22 juni 2010

Ede

De raad is een getemde furie.
Men vecht er tegen windmolens,
moskeeën, crematoria.

Hier moet begraven, maar zondags
laait er in de kern een heilig vuur.
Dan lekken vlammen uit de ramen
en verduistert heel het zwerk,
donderpreekt de hemel
zwartgeblakerd uit de kerk.

Zelfs de naam is gereformeerd.
De n viel af, te goddelijk
voor deze menselijke maat.

zaterdag 19 juni 2010

Bierbillenschuddebuik

Dekselse dames toch
Jurkjesreclamestunt
Nu zijn de FIFA en
Budweiser boos

Maar deze kleurrijke
Bavarianagate
Is voor de brouwer een
Schot in de roos

dinsdag 8 juni 2010

Smeulend vuur

Zing dit lied, zing het zolang je kan.
Luid en duidelijk, met overmoed,
laat het stromen als uit een man
met vlammende benzine in zijn bloed.

Negeer de tweetongige drakenslang
die sist dat alles altijd tevergeefs is,
wees voor niemand anders bang
dan jouw bloedeigen gelijkenis.

Laat het klinken tot aan de rivier,
laat het water vaart verminderen,
tussen de spiegeling van riet en wier
drijven liefdes en verloren kinderen.

Zing dit lied, zing het omdat het moet.
Zing door tot je dat niet meer kan,
en als je dan zegt: zo is het goed,
doof ik je leugen als een brandweerman.


Opgenomen in het juninummer van Poeziepuntgl


Een schapenstreek

Men zat gezellig, zondagmiddag, zonnig in de suite,
de dames Groen die breiden samen aan een wollen sjaal,
de dominee was na de dienst ontboden op visite,
het schaap Veronica dat las een boek, een reisverhaal.

Ha, zei Veronica, ik heb het altijd ergens wel geweten,
ik kom als schaap niet hier maar van daarginds heel ver vandaan,
want ooit heb ik in hoge woeste landschappen gezeten …
Ach, riep de dominee, u komt dus werkelijk van de maan?

Zeg dominee, u moet het arme schaap toch niet zo plagen,
de dames Groen die breiden ondertussen vruchtbaar door,
juffrouw Veronica heeft existentiële vragen,
dan bieden wij haar welbeleefd ons luisterende oor.

Ik lees hier, zei Veronica, met blosjes op haar wangen,
van de Faeröer, ‘t schapeneiland, mijn geboorteland!
Ik krijg opeens een groot en sterk verhuisverlangen,
ik weet het zeker, later word ik schaap en emigrant!

Je hoorde in de suite liefst een viertal naalden vallen,
de dames Groen verstijfden, werden bleker om de mond,
de dominee die wreef onder zijn bril over zijn wallen,
ze sputterden: Maar hier, bij ons, is uw geboortegrond!

Veronica riep proestend: Zo, dat was toch wel touché!
Wie wil er nog zo’n lekker bokkenpootje bij de thee?


In het kader van de 'Schaap Veronica week' op Het Vrije Vers

La Leonessa

Op het tennisveld gelden er ijzeren regels,
al die hardhitters pakken nu meestal de winst,
want de gratie bekoort maar het scoort wel het minst,
zelfs de dames bestoken elkaar slechts met pegels.

Maar de hoofdprijs was nu voor Francesca Schiavone,
wat een troostprijs voor tennis en fans van het schone!


Francesca 'La Leonessa' Schiavone wint Roland Garros met oogstrelend spel.

zondag 30 mei 2010

Sha la wie?








We dachten dat we weer eens konden winnen.
Een lied dat ergens leek op dingedong,
een smurfenmeisje die het liedje zong,
een draaiorgel erbij: de winst is binnen.

Dat dorpse denken is ons weer fataal,
en Duitsland pakt dan ook nog eens de graal.

maandag 24 mei 2010

De équator

De a-b-c-d-equator
heeft een frappante linkersnor.
Die groeit niet aan de rechterkant,
hij vindt dat zelf niet onplezant.
Het heeft wel wat, zo’n halfgezicht,
al geeft het minder evenwicht.

Maar hij heeft last van pesterij
door kevers uit de mesterij.
Die zijn in meervoud rechtsgeaard
en zelf dus ongeëvenaard.
Toch roepen ze zeer labbekaks:
er komt een linkersnorrentaks!

De kakkerlak en pissebed
zijn ook al door hen ingezet
voor hun opruiend stinkbedrijf.

Er is nu een asielverblijf
vlakbij de k-k-kreeftskeerkring;
daar noemt men het geen afwijking.

What's in a name

Een etablissement in Scheveningen
had aan de gevel hangen: 'Bad Hotel'.
Het zat er vol met vele vreemdelingen,
maar Engelsen, die kwamen niet zo snel.

zaterdag 22 mei 2010

Laatste woorden

Wanneer een lichte dichter is gestorven
dan zou je denken: dat is minder zwaar,
hij heeft in zoveel mooie taal gezworven,
er komt een punt, dan is hij ermee klaar.

En al die grappen die hij heeft verwoord,
hoe vaak heeft hij wel niet de spot gedreven
met liefde, dood, met een karaktermoord,
of zelfs zijn eigen eindsonnet geschreven.

Ook als de ironie het af moet leggen,
toch zoekt hij naar een vorm die daarbij past,
die weergeeft wat hij daar over kan zeggen
al is hij nu dan zelf niet meer vormvast.

Het blijft een lullig puntje aan het leven:
de clou is van tevoren al gegeven.


I.M. Driek van Wissen

dinsdag 18 mei 2010

Loser of loverboy?

Donkere liefdeswolk
Waar is mijn lovergirl?
Ik ben haar kwijt en dat
Maakt ze publiek

Zit ze nu daar in een
Blijf-van-mijn-lijftehuis
Ik was heel aardig, maar
Aardig fysiek

Winnen

Bij Bayern laat men zien hoe je dat doet
Zij snappen wél de lessen van Van Gaal
En ja, je moet ook schieten om te scoren

Maar feitelijk is het een oud verhaal
De linies sluiten, omkeren, naar voren
Je stelt jezelf in dienst van het geheel

De mannen moeten weten waar ze horen
Zo niet dan lopen 'wij' uit het gareel
Helaas weet slechts Van Gaal hoe dat echt moet

Met teveel ego's loert de 'binnenzelfval'
Dan is de som wel elf, maar toch geen elftal

maandag 17 mei 2010

Anahorish 1944

Anahorish 1944

"We were killing pigs when the Americans arrived.
A Tuesday morning, sunlight and gutter-blood
Outside the slaughterhouse. From the main road
They would have heard the squealing,
Then heard it stop and had a view of us
In our gloves and aprons coming down the hill.
Two lines of them, guns on their shoulders, marching.
Armoured cars and tanks and open jeeps.
Sunburnt hands and arms. Unknown, unnamed,
Hosting for Normandy.
Not that we knew then
Where they were headed, standing there like youngsters
As they tossed us gum and tubes of coloured sweets."

Seamus Heaney, District and Circle


Anahorish 1944

'We slachtten varkens toen de Amerikanen kwamen.
Een dinsdagochtend, zonlicht en vergoten bloed
Buiten het slachthuis. Vanaf de grote weg
Moesten ze het kunnen horen, het schelle krijsen,
Hoe het wegstierf, en konden ze ons de heuvel
Zien afdalen in onze handschoenen en schorten.
Zij in twee rijen, geweren op de schouders, marcherend.
Pantserwagens en tanks en open jeeps.
Zonverbrande handen en armen. Onbekend, onbenoemd,
Oefenend voor Normandië.
Niet dat wij toen wisten
Waar ze heen gingen, we stonden daar als jong gebroed
En zij wierpen ons kauwgom en rolletjes snoep toe.'

zondag 16 mei 2010

JCO2 (Ecce Bomo)

Nog altijd weer die slakken met dat zout:
hoe Christus stierf, voor allen, aan het kruis,
de zondebok die deze schuld moet dragen.

De waarheid is verdwenen in geruis,
wij stellen bij herhaling weer de vragen.
Want geef maar toe: we weten het niet echt.

Hoe bleef zijn dood de tempelpriesters plagen?
Wat heeft Pilatus werkelijk gezegd?
Een feit: dat kruis dat was gemaakt van hout.

Dus zoek het niet bij Joden of in Rome,
ik zeg: het is de schuld van alle bomen.

Exact gezakt

Als u een kind heeft op de basisschool
En eens een blik werpt in het rekenboek
Begrijpt u er vermoedelijk niet veel van

De logica is echt volledig zoek
Als eitje koken, maar dan zonder steelpan
Recepten die helaas methode missen

Vermenigvuldiging wordt een soort deelplan
En staartdelen een vreemde vorm van gissen
Ze worden opgeleid tot halve zool

Een loterij, maar geen exacte sommen
De wiskunde is 'leuk' gemaakt door dommen

De Jezus Christushagedis








Geloof het wel of niet, maar hij bestaat,
in 't oerwoud van West-Zuid-Amerika.
Voor hem is dat dus het beloofde land.

Die basilisk gaat als een speer (i.k.).
De afkorting is zeker relevant,
in speren meet men daar de incakracht.

J.C. die rent op water! Zeer frappant.
Wie had dat daar in hemelsnaam verwacht?
En zie met wat voor snelheid hij dan gaat!

Hij mag dan over water kunnen lopen,
de Inca's blijven op een wonder hopen.

zaterdag 15 mei 2010

Sterrenstof

De tuin biedt uitzicht op de sterrennacht
Een fonkeling van verre stenen kernen
Een lichtspel dat aanvankelijk verdicht

Het zicht is als in donkere tavernen
Je ogen moeten wennen aan het licht
Om dan kristal van glas te onderscheiden

Ik zoek door stelsels in dit vergezicht
De wijzerpunten die naar Virgo leiden
En zie de ster die altijd op mij wacht

Ik hou van jou en hou van jou alleen
Jij straalt om al die sterren door mij heen

vrijdag 14 mei 2010

Come online

All that porn on the internet
It's virtually all over there
A single click and what you get
Are milky horrors, no underwear

Can we expel that visual pain
To a separate fenced-in slum
With their own little domain
Say, for instance at dot cum

Het wobbelpaard

Het hobbelpaard is ontevreden,
hij leidt een wobbelig bestaan.
Er wordt vaak op zijn rug gereden
door lieden die steeds harder gaan.

Kijk, als mijn top wordt overtreden
dan wobbel ik als een banaan,
want heen en weer gaan dan mijn sleden,
niet op en neer; zeer inhumaan.

En dan volgt er een zware klap,
lig ik te krijsen als een varken.
De klant vindt het een grote grap,
dat komt door al die prutpretparken.

Ach, d'tijd dat ze nog hobbelsnorden.
Misschien ben ik te oud geworden.

donderdag 13 mei 2010

Zo vader zo zoon

Mijn zoon gaat straks geneeskunde studeren
Eerst nog het schoolexamen dat hem wacht
Hij wil gemiddeld hoger dan een acht
Om om de loting heen te manoeuvreren

Ze hebben vroeg de wijsheid al in pacht
Die jeugd van nu daar kun je wat van leren
Ze kunnen zelf hun leven regisseren
En weten nu al: kennis dat is macht

Hij zal niet snel van 't rechte pad af glijden
En wordt de knapste dokter die ik ken
Zijn rijbewijs zit ook al in de pen
Het worden straks zeer heugelijke tijden

Als ik dan weer eens toeterdronken ben
Kan hij mij bob en nuchter huiswaarts rijden

All together now

I don't adhere much to distinctions
when it comes to poetry.
Lyrical, narrative, format or free.
Labels are for those
who cannot think outside a box.

Light verse, flarf, avant-garde,
romantic, modern, pre or post.

They separate this little world,
not for the better but the worse.

I'd prefer to speak of universe.

De softwarebug

De softwarebug is een hardnekkig beest,
hij kan het leven soms nogal vergallen.
Bijvoorbeeld tijdens een leuk gaming feest
laat hij gespeeld spontaan het licht uitvallen.

Als kranten schrijven over vreemde zaken
dan heeft de softwarebug het vaak gedaan:
een bus op hol, of windmolens die staken,
een brug die weigert om weer dicht te gaan.

Het beest schijnt in een lab te zijn bedacht,
wie dat gedaan heeft moet zich ernstig schamen.
Men fluistert over stille rekenkracht
bij een bedrijf dat ook iets doet met ramen.

Laatst is er zelfs een maanraket ontploft,
maar dat was niet de schuld van Microsoft.

maandag 10 mei 2010

Ornithogrammatica

Ik ken veel vogels bij hun naam,
ze zijn soms wel een beetje raar.
Laatst zag ik, zittend voor mijn raam,
zowaar weer eens een scharrelaar.

Een toppereend, de maraboe,
de nimmerzat, de salangaan,
een toekan met een kaketoe,
net zag ik nog een rotgans staan.

Maar vraag me niet naar hun geluid,
of naar een beeld bij elke soort.
Dat interesseert me ook geen fluit;
ik ken ze slechts als puzzelwoord.

Schaap zacht













Een ram op leeftijd werd weer kinderlijk,
dat is toch altijd weer een beetje naar.
Maar zijn gedrag werd nu wel hinderlijk.
Verward was hij laatst ergens in de kudde
een baby ram door elkaar aan 't schudden.
Hij dacht weer aan zijn oude rammelaar.

zondag 9 mei 2010

Hartverwarmend

Een hartenbeest sprak tot zijn lief:
'Je weet toch dat ik van je hou,
maar ik heb ook een ander wief.
Mijn linkerhart houdt niet van jou,
maar rechts blijf ik je altijd trouw.'

Vreemde vogel

'Ik doe het niet, je kunt me wat.'
Dat riep een mus, zeer aangedaan.
Het was ook wel een vreemde snuiter,
een vieze rare lippentuiter,
die onder aan haar tak kwam staan.
'Ik zoen dus niet een muskusrat!'

Love's Labour's Lost

Al die tijd die ik verdoe met schrijven
Had ik ook met jou kunnen verdrijven

Money for nothing

Een rijke kat uit het theater
bewees ook in zijn testament
dat hij gevoel voor drama had.
'Mijn kinderen krijgen geen cent!',
schreef hij onder luid geschater.
Hij was een je-weet-wel-kater.

Broekdicht

Mijn achternaam schrijf je als Keene
Maar je spreekt het uit als Kien

Ik heb namelijk twee Britse genen
En één Amerikaanse jean

Tango amorica

Roemrijke stelletjes
Samen twee dactyli
Wel minder simpel dan
ik had verwacht

Maar daar is toch dan ons
dubbelblondkoningspaar
Alex en Maxima
klemtoon en kracht

De idioot op de Dam

Temidden van bedenkelijke stilte -
men houdt de adem in, de houding stram,
is doofstomheid niet de stem van kilte? -
was er de idioot, daar ergens op de Dam.

Aan wie denk jij, als je denkt aan doden?
Aan gesneuvelden, abstract, concreet,
aan troepen in een land met verre goden,
aan iemand die onlangs nog overleed?

In hoeken van het plein koeren de duiven,
die, dakloos, hun terrein wel kunnen afstaan.
En dan een schreeuw, een klap, mensen stuiven
naar god weet waar maar hier vandaan.

Als pleinvreesvee vertrappen we elkaar
om ons eigen lief en leed te redden.
Zelfs zonder vijand zijn wij kwetsbaar
als lichtgestoorde pissebedden.

De daklozen, de junks, paupers, criminelen,
we staan al met een passend label klaar.
Etnische zuivering kan dan niet schelen,
geef ons die twee minuten stilte maar.

We willen hem meteen een naam geven.
Pepe David Adam, alias 'De Rabbijn'.
In een andere tijd, een beter leven,
kon hij misschien wel een profeet zijn.

De vrijheid leeft in christelijke normen,
vive memor leti, in memoriam.
De oorlog leeft in ondergrondse wormen,
als idioot zullen zij schreeuwen op de Dam.

Gokjesdag

Het is weer tijd voor korte gokjes;
Wat zit er onder al die rokjes?

zaterdag 8 mei 2010

Biblical translation 101

Och, had ik dit maar niet geschreven
What a remarkable poem indeed
Vandaag gewoon in bed gebleven
From drunken sleep and fever freed
Waar komt die waanzin toch vandaan
Born from pomp and happenstance
Om in die woorden te gaan staan
To bring the reader in a trance
Weer zoekend naar die ene zin
Like a mathematical syllabus
Die bevestigt dat ik niettemin
Asserting language as a virus
Een gids ben van diepe gedrochten
Benign unto the human god
Walsend waar voorvaders vochten
Upon whom we dance and trod
Leid mij dan naar het avondmaal
We marvel at the great creator
En toon mij uw verborgen taal
And woe the poor translator

Brain drain

There was a bright fellow from Limerick
To whom any language was whim & trick
He was now into Dutch
But that proved too much
Telling us he was not a real slimmerik

vrijdag 7 mei 2010

Workin' Willy













If all those plays were writ by him,
a fact to which we now adhere,
he would not have much time for whim,
thus let alone to shake his spear.

He joined a troupe by happenchance,
left love in Stratford upon Avon.
The stage he climbed to strike his stance,
in labour lost as in great London.

I offer you a fool's conjecture,
the provenance of his poetry:
a meek forgiveness-seeking gesture,
mistaken for arcane adultery.

The sonnets were simply for love at bay,
she would not have it only half a way.

De kat

Een kat leeft langs ons heen in stille gratie.
De sleur van elke dag is katten vreemd.
Ze gaan hun gang en blijven ongeteemd,
hun taal verspint tot web van isolatie.

De kopjes wrijven averechts affectie,
hun geur wordt diep onder de huid gekrast.
Ook jij bent prooi, bereikbaar op de tast
voor wilde nagels, aaibare perfectie.

Misschien is dat wat wij nu node missen:
die trage lome onverschilligheid,
de ander naar ons denken laten gissen.

Gedachten op het einddoel, niet verroeren,
een lijf dat spanning onderhuids geleidt,
de sprong al klaar nog voor hem uit te voeren.

dinsdag 27 april 2010

Explosief nieuws

O nee! Niet weer zo'n kutvulkaan
Die ons trakteert op haar gesnotter
De naam is mij helaas ontgaan
Vast Eyjafjallajökullsdotter


Luchthavens IJsland dicht ivm tweede
vulkaan die as uitstoot.

maandag 26 april 2010

In nederland

In dit land is de lucht verzadigd
van waterverf en blauwe terpentijn.

De wolken drijven loom langszij
en dragen druppels naar een luie zon.

Elk dorp heeft wel een kerk
die de hemel op een afstand zet.

En op gezette tijden een Chinees
die rijst maakt voor dit vlakke land.

Je vindt niet snel een plek waarin
geen ander in een ooghoek hangt.

Men gelooft niet in een zondvloed,
want nederig is niemand meer.

Hier woont men onder aan de dijk,
zolang het water nog naar zee stroomt.

zondag 25 april 2010

Deurdicht

Jij zegt, ik sta hier op de tocht
Jij houdt meer van dat boekenbal
Dat dichten is wel heel doorwrocht
Maar ik sta altijd in de kou

Maar schat, zeg ik, jij bent mijn kracht
Mijn alles, mijn compleet heelal
Jouw schoonheid heeft mij in haar macht
Je weet toch dat ik van je hou

Jawel, zeg jij, maar dat je zwicht
Voor dat wicht dat weet ik nu al
Jij maakt dan weer een flauw gedicht
Van deze open deur van jou

zaterdag 24 april 2010

Dubbeltongig

Toch is er sprake van een misverstand
Zo sprak de dronkelap lamlendig
Hij had het Groene Boekje in z'n hand
Zijn stem klonk enigszins inwendig

Pas als ik dronken ben dan drink ik pas
En als ik drink drink ik veel dronken
En als de klonk naklankt dan klinkt mijn glas
Maar graag had ik nog meer geklonken

Ik ben een dronkenlap, vanaf nu dus
Ik eis een tussen-n ertussen
En dan nog iets: ik ben niet lazarus
Maar toch zie ik twee Lazarussen

vrijdag 23 april 2010

De wiskunde

Men zegt vaak dat het in dit vak
Uitsluitend om abstracties gaat
Die redenering is erg zwak
Men meet dan toch maar met één maat

Men schimpt dan, kijk, in de natuur
Daar zie je nergens een getal
En ook geen meetbare figuur
Laat staan zo'n Plato's grotgeval

Helaas, men ziet dat toch niet goed
Kijk om je heen: getal en vorm
Echt overal, in overvloed
In mijn natuur loopt het er storm

De lente: één groot vormexces
Rondborstigen, telkens met twee
En tailles gevormd als colafles
En uiteraard de gulden snee

Neem Noorwegen, een prachtig land
De kust is één enorm fractaal
Het zaadbed van menige plant
Is een wiskundige spiraal

En denneappels zijn bepaald
Gebouwd als fibonaccirij
Wie vreemd gaat heeft er vrij vertaald
Een driehoeksverhouding bij

De dubbele helix, DNA
Een sneeuwvlok of een ijskristal
De graancirkels van Appelscha
Wis en waarachtig, het heelal

Waarmee ik dus maar zeggen wil
De wiskunde verdient meer prijs
En soms een beetje vreemde bril
Quod erat enzovoort; bewijs

Move over, Michael Jackson

Mijn Thriller ligt al tijden bij de schroot
Ik kan geen Michael-hit meer horen

Ik ben dus diep bedroefd over zijn dood
Hij leeft nu meer dan ooit tevoren

donderdag 22 april 2010

Rijmklem

In de dichtkunst geldt als doodzonde
Om je in te laten met rijk rijm

Maar ik vind het juist doodzonde
Als ik mijzelf niet rijk rijm

woensdag 21 april 2010

Kader Obama














Obama redigeert een column van Kader



Beschuit met muisjes
















(c) Annet Muller

A propos

A propos

Ik liep laatst in een treurig oud museum
Waar zoveel diep bedroefde beelden staan
Ik zag zo'n beeld met weer een natte traan
En dacht, het is een huilend mausoleum
Ik neem voortaan een schone zakdoek mee

Maar wie wil nog een kopje thee?


A proposite

Ik ga straks naar een leuk geboortefeestje
Ter ere van een gloednieuw apparaat
Ha nee, het is niet vies waar dit om gaat
Mijn vriend heeft 'n kersvers computerbeestje
Hij gaat trakteren op beschuit met muisjes

Maar u spaart ook Delfts-blauwe huisjes?


A propostie

Ik was laatst in een katholieke kerker
Ja echt, dit is geen lettergreep teveel
Daar zat, geketend aan elk lichaamsdeel
Een non-erecte priester in een erker
Hij mocht geen lidmaat meer misbruiken

Maar wie rammelt aan de luiken?


A prosodie

Ik kom vaak bij een vrije boekenbende
Daar doet men klinkend aan de prosodie
Een ziekte? Nee, wel een soort pastorie
Er woei daar laatst een fraaie nieuwe wende
Een versvorm, een tijdelijk gedachtenraam

A propos, hoe was ook weer de naam?


A proposterity

Ik was laatst weer eens in de priemgetallen
Een vreemde hobby, die formuletaal
Als in een visioen zag ik het allemaal
Ik zag ze vallen, de juiste lottoballen
Ach ja, zoveel geld en zo weinig leven

Waar is die pinpas toch gebleven?


A prohikpos

Ik was laatst in Athene, in de Plaka
Ik liep omhoog naar de Akropolis
Een man vroeg: weet u waar Apollo is?
Ik wist het niet, dus riep ik: Tsjakka!
Hij knielde prompt en greep mijn ratelband

Waar is mijn whisky nou geland?


A professie

Ik was vandaag naar een soort netwerkborrel
Waar iedereen visitekaartjes zoekt
Er wordt gelinked en overal gefacebookt
Het ruikt en klinkt naar onzin, naar gemorrel
En iemand loopt voorgoed de wereld uit

Wat hoor ik daar? Vogelgefluit?



De A propos is een versvorm
die ontstaan is op Het Vrije Vers

zondag 18 april 2010

Weersvoorspelling

Het nieuwe as van al het kwaad
waait uit treurige eurolanden.
De les hiervan is goede raad,
laat ons geld daar niet verbranden.

Het komt terug als gebakken lucht,
tot stof en as zal het ontploffen,
en het ontregelt iedere vlucht
door hier de hemel te verstoffen.

Klinkt als iets voor terroristen,
maar zelfs Al Qaeda kan dit niet.
Er zijn Christenen die het wisten,
die roepen dat bij elk rampgebied.

Hoewel: wellicht wat hulp van God,
iets met hoogmoed, een diepe val,
misschien toch een elfde gebod,
'Maak van uw bank geen beestenstal'.

Spoedig zal dit weer gaan wreken
met een geldverslindende vulkaan.
Hopelijk wél uit te spreken,
ik gok een Griek of Italiaan.

woensdag 14 april 2010

Office space

Wanneer het weer stormt in mijn hoofd
dan moet ik altijd aan oktober denken
tijdens de workflow van het binnenwerk
dat de formulieren steeds doet opwaaien.

Dan weet ik niet meer of ik nu vooraan
of ergens in het midden moet beginnen,
waar ik in het touw moet inspringen,
welke ballonnen ik moet doorprikken.

En vouw ik vliegtuigjes van printpapier
dan weet ik dat ik kind aan huis blijf,
en op de roes van arbeidsvitaminen
waai ik weer met alle winden mee.

maandag 12 april 2010

Translatie

Het vermoeden van Goldbach

Het laat zich eenvoudig zeggen:
elk even getal groter dan vier is
de som van twee oneven priemgetallen.

Andersom is triviaal: de som van
twee oneven priemgetallen is
natuurlijk altijd even.

Dat is ook makkelijk in te zien:
ieder mens is, zoals bekend,
namelijk zelf een priemgetal.
Stel er twee samen in elkaar
en je hebt een even paar.

Maar neem nu elk denkbeeldig paar,
dan, zegt dus het vermoeden,
zijn er altijd twee mensen te vinden
die daar precies in passen, bij elkaar.

Kijk om je heen. Bewijs het maar.


The Goldbach Conjecture

It's actually easy to formulate:
every even number above four
is the sum of two uneven primes.

The reverse is trivial: the sum
of two uneven primes is
always even, naturally.

That is not difficult to see:
every human is a prime,
as anyone can tell you.
Assemble two of them together
and you have an even pair.

But now take any possible pair,
then, as the conjecture states,
you will always find two people
that fit in there, a perfect match.

Now look around. Prove it a fact.

zondag 4 april 2010

Bedankt voor het knielen














Elk jaar met Pasen is het Sint-Pietersplein
even een tuin vol met bloemen en planten.
Veel wit en geel voor deze paus soeverein,
rozen en lelies, violen, chrysanten.

Maar in het licht van deze verziekte kerk
kunnen we passender soorten benoemen:
zwarte tulpen in een kinderkopjesperk,
vergeet-me-nietjes, passiebloemen.

zaterdag 27 maart 2010

Twitchy bird

An ornithologist said to his wife:
'I'm off to the fields again, back by five,
but when I return, my darling love,
I'll bring you a rare heart-speckled dove.'

She disliked his flirting with other birds,
but he sure did have a way with words.

donderdag 18 maart 2010

Bloody Beckham

De Britse natie stort ter aarde,
de strijd bij voorbaat al verloren.
De graszoden ontdaan van waarde,
wie gaat nu op het slagveld scoren?

Geraakt in de flank, de achilleshiel.
Geen voet, geen bal, geen moederziel.


Beckham scheurt achillespees
en zal het WK moeten missen.

maandag 15 maart 2010

Lichtzinnig

Wat ik mij herinner is een lamp.
Niet zomaar een lamp,
of in ieder geval niet zomaar
een herinnering.
Mijn allereerste herinnering.

Ik rijd op een driewieler in de hal.
Ik kijk omhoog.
Er hangt een lamp.
Koperachtig, bolvormig, glas.
Woorden die ik nog niet had.
Blauwgroen licht schijnt
in de hal door kleine ruitjes.
Een klein mannetje erin.

Ik weet niet waar de lamp
gebleven is.
Ik wil het ook niet weten,
als ik de lamp zie dan
zie ik mijzelf.
Maar als de lamp er niet
zou zijn, of anders is, of.

Dan is het niet meer waar.
Wie ben ik dan.

zondag 14 maart 2010

Absolutie

Ik ben niet ouder geworden dan achttien.
De tijd staat in mij stil tot nooit.
Dacht ik, denk ik, wil ik nog geloven.

Mijn lichaam heeft nooit het bericht
gekregen dat het moest blijven staan.
Eén signaal gemist, even niet opgelet
en het moment is weer voorbij gegaan.

Ik was godverdomme toch uitverkoren,
ik zou toch worden overgeslagen
bij het verdelen van de dagen.

Wat heb ik toch gedaan met al die tijd.
Wat heb ik toch gedaan met al dat leven.

woensdag 10 maart 2010

Klein vergrijp

Er zit een schrijver in de bajes,
het is een dichter van plezier.
Hij zit daar tussen al het gajes
als onderwerp van hun vertier.

Het was een rechterlijke dwaling,
men zei: gemeenschap met een dier.
Aan context had men echter maling:
hij neukte enkel met een mier.

zondag 7 maart 2010

Introjectie

Wanneer ik 's ochtends in de spiegel kijk
dan stort de zon spontaan weer naar benee,
ik zie een sterk vervallen nieuwbouwwijk,
en groeven dieper dan 't diepste treintracé.

Dan denk ik: grasfalteren maar die handel,
geef mij het landschap van voorbije tijd,
ik wil als jonge god weer aan de wandel,
mijn blikken lonken naar een vrije meid.

Ik ben niet voor een gat of groef te vangen
zolang het hele lijf niet mee gaat muiten.
Maar als van onder slappe was zal hangen,
geen twijfel: liters botox laten spuiten.

Duiding

De kerk laait op in groene vlammen.
Boven de synagoge hangt een gele ster.
De tempel schroeit in opium en wierook.
De moskee verspreidt een blauwe gloed.

De heidenen lopen ongelovig langs,
de humanisten staan hier buitenspel.
Populisten schreeuwen moord en brand,
zien hoofddoekjes gedrenkt in bloed.

Kerk en staat zijn nooit gescheiden,
de kiezer heeft de politiek verketterd.
Wie luisteren wil wordt gek verklaard,
de middenweg komt hier niet meer goed.

De taal is aan de straat verpand.
De zuilen schuiven naar de rand.

zaterdag 27 februari 2010

Zo wordt het nooit wat met dat dichten

Ik ben bijzonder gelukkig getrouwd,
met een vrouw waar ik enorm van houd.
Ik heb drie werkelijk geweldige kinderen
die ook best wel gelukkig zijn, tenminste,
dat zeggen ze na een pijnlijke marteling.
Ik heb een baan, ga fluitend naar mijn werk,
kan op de fiets zelfs, maar doe dat niet,
want vind dat zielig voor mijn auto.
Ik word voor die baan heel goed betaald,
en dat voor het schrijven in een taal
die alleen door apparaten wordt verstaan.
Ik ga zelfs naar een sportschool toe,
ben opgeruimd, netjes, goed geluimd,
je zou zeggen, maar waag het niet.
Dus waar moet ik in godsnaam rake beelden,
fraaie metaforen, merkwaardige woorden
en klinkende zinnen vandaan halen?
Hier wordt Sinterklaas niet gelukkig van.

donderdag 18 februari 2010

Tipsy Terpstra

Olumpisch rap van tong
was teute Erica,
haar stem die zwom en zong;
een beetje dom, ach ja.

Al denkt ze nu wellicht:
doe toch die kilo's maar,
met extra veel gewicht
valt drank iets minder zwaar.

dinsdag 16 februari 2010

Hun krijgen gelijk

Als Plasterk boe roept weet ik nu al:
daar komt geen donder van terecht.
De goedgehoede taalbemoeial
riep dat het pleit nu was beslecht.

Dat 'hun'-geroep van taalmalloten
moest nou toch echt eens over zijn.
Ja, dat maakt indruk op idioten!
Ze krijgen nu mijn oorschelppijn?

Ik denk aan drastischer methoden,
aan ducktape en metalen krammen,
aan pallets potloden, vette, rode,
om in hun achtersten te rammen.

We komen er nooit meer vanaf.
Mijn headset moet maar mee in 't graf.

Carrollade

Hij dacht dat hij een ringslang zag
Die zocht naar hoger gras
Maar toen hij weer keek was het slechts
Een houtje-touwtje jas.
'Natuurlijk', sprak hij zwaar verliefd,
'Ik trouw niet in een tas.'

Hij dacht dat hij een knipmes zag
Dat in een rondje zwom
Maar toen hij weer keek was het slechts
Een slimme clusterbom
'Dat komt goed uit', riep hij kordaat,
'Mijn metrum viel eerst om'

Hij dacht dat hij een topper zag
Die van de planken viel
Maar toen hij weer keek was het slechts
Een leeglopend ventiel
'Gelukkig is mijn hoofd', zei hij,
'Gevuld met vers acryl.'

Hij dacht dat hij een luchtbel zag
Die langs de sterren vloog
Maar toen hij weer keek was het slechts
Een zwarte regenboog
'Hoogst curieus', bedacht hij zich
'Mijn dak wil niet omhoog.'

Hij dacht dat hij een cirkel zag
Die vierkant wilde zijn
Maar toen hij weer keek was het slechts
Een ijzeren gordijn
'Het is te dol', verzuchtte hij
'Doe mij maar een glas wijn'

N.a.v. oproep op Het Vrije Vers

maandag 15 februari 2010

Introspectief

Laat mij jouw diepst bewaard geheim
zien, ik zal haar in een brief
verzegelen op de bodem van de zee.

Laat mij jouw wildste passie zien,
zodat ik die kan dromen en aan
mijn woorden voer als vlees.

Laat mij jouw vreemdste angsten
zien, ik heb daar een archief
met vrolijke fobieën voor.

Laat mij jouw blinde liefde zien,
want ik heb roodgordijnen ogen
met een zwarte lijn erdoor.

Laat mij jouw onvervulde wensen
zien, want ik mag waarzeggen
met een zelfverzonnen bril.

En laat me al jouw beelden zien
van mijn eigen spiegelziel, Achilles'
hiel die mij niet raken wil.

De maatbeker

Het metrum blijft mij altijd ringeloren,
die grepen willen uit de maat cadansen,
bij lezing kan ik vreemde dingen horen
en vrolijk klemtonen er tussen flansen.

De dactylus begrijp ik, dat is André Rieu,
maar nu 'jambe', dat is toch een trochee
en andersom, noem die dan, in nom de Dieu,
jambee en troche, en spondee, uh, spondee.

En 'amfibrachys' is een prachtig woord
maar is dus zelf niet amfibrachisch,
dat klinkt toch niet zoals het hoort
ook al vertaal je het in 't Kazachisch.

Maar geen woord over de soort die nog rest,
het meeslepende beest, onvolprezen anapest.

De nieuwe Uri Geller show

Ja, jij kunt lepels buigen, toegegeven,
en huiskamers bestralen met gedachten.
Maar er is één die op het ijs kan zweven
met scherp geslepen bovenaardse krachten.

Dus Uri heeft een kandidaat gemist:
die Kramer is beslist een sventalist.


Met dank aan de vrienden van Het Vrije Vers

zaterdag 13 februari 2010

Goldbach vermoedt

Het laat zich eenvoudig zeggen:
elk even getal groter dan vier is
de som van twee oneven priemgetallen.

Andersom is triviaal: de som van
twee oneven priemgetallen is
natuurlijk altijd even.

Dat is ook makkelijk in te zien:
ieder mens is, zoals bekend,
namelijk zelf een priemgetal.
Stel er twee samen in elkaar
en je hebt een even paar.

Maar neem nu elk denkbeeldig paar,
dan, zegt dus het vermoeden,
zijn er altijd twee mensen te vinden
die daar precies in passen, bij elkaar.

Kijk om je heen. Bewijs het maar.

Socrates blogt

Socrates hield van de knusse oorlog,
maakte graag amok op straat.
Vandaag de dag zou hij zich mengen
in debatten op het internet.

Hij zou blootvoets de vloer aanvegen
met de hordes forumzwetsers.
Zijn dialektiek blijft onbegrepen,
alle democratie ten spijt.
Zijn weblog werd een verzamelplaats
voor slechte raad en dijenkletsers.

U denkt toch niet dat ik hier
filosofie ga staan bedrijven?
Ik maak graag ruzie, dat is al,
verwacht van mij
geen wijze lessen meer
na talloos domme eeuwen.
Nou, de gifbeker maar weer,
was getekend, Socrates.

vrijdag 12 februari 2010

Papilio Domestica

Als kind verzamelde ik vlinders
toen ik woonde op de evenaar.
Ik holde met een schepnet achter
gevaarlijk fladderende kleuren aan.

Ik was safariman, ving vlinders
als vliegende vissen in mijn net.
Voorzichtig kneep ik het leven
uit verfijnde middenriffen.

Geen chloroform, geen glazen
potjes, geen mensvriendelijke
middelen kwamen er aan te pas.
Ik prikte ze op en hing ze achter glas.

Nu ben ik ouder, verzamel geen
vlinders meer maar kinderen.
Mijn handen passen nog steeds
om hun colafleswespentailles.

Soms heb ik weer de neiging
om kort en hevig door te knijpen,
ze op te hangen aan het prikbord,
zodat ze altijd bij me blijven.



Opgenomen in de bundel
Zoals een haan een ei legt
Uitgeverij Augustus
Turing Nationale Gedichtenwedstrijd


woensdag 10 februari 2010

Kruistocht in sonnot

'God van de Poëzie, bevrijd ons van de betweters',
riep een groot dichter onlangs maar eens weer.
Hij heeft gelijk, het zijn gevaarlijke versvreters,
nudisten en sm'ers zijn minder streng in de leer.

Hij doelde op de schoolmeesters van de light verse,
die met krijsvingers wijzen uit kantelen hoekjes,
met het scheermes scalperen, for better but worse,
zwaaiend met bloedrode woestgroene boekjes.

Het gaat ze steeds minder om wat er dan staat,
maar om de vormpjes en kleurtjes op het palet.
En o wee als je danst uit hun pinguinmarsmaat,
of met kromrijm relaxt, dat is daar onnet.

Alles keurig en geestig. Dus dodelijk saai.
Doe mij maar het lawaai van een komrijgaai.

zondag 7 februari 2010

Poète braderie

Het is een zwaar maar copieus feest

op de verjaardag van de 'Lichte Vrinden'.

Ieder lid neemt iets mee van de leest,

receptuur voor verdichte beminden.


Er zijn spondees, en ontbosschebollekes,

haiku en tanka, ballades met allegorie.

Een Grande Bouffe, maar dan los en dollekes,

men heeft er pret voor minstens wel drie.


Het rijm vloeit rijk, gepaard en omarmend,

iemand waagt zich aan een sonnettenkrans.

Geflambeerde jambes werken verwarmend,

polonaises zijn hier een trocheeëndans.


Alleen Ana is niet meer te vinden,

gepest, getreiterd, versmaad.

Men gaat haar vrolijk verslinden,

aan ’t spit draait het vers gebraad.

Hoofdkrabstad

Amsterdam, die grote stad,
alles gaat er ondergronds.
Men zaagt er aan de oude palen,
er moet een nieuwe metrolijn.
De stad valt om,
maar niemand die het wil betalen.

De wallen worden schoongeveegd,
de rode ramen moeten dicht.
Straks staan er knusse schemerlampen
van het eeuwen opgespaarde licht.

De straten liggen er onverloederd,
in kroegen wordt niet meer gerookt,
de junks worden op tijd gevoederd,
de Zeedijk is overzichtelijk Chinees,
met eet gezellig bij de familie Kee.

Het is een soort Madurodam geworden,
een toonbeeld van grootdorps fatsoen.
Het lijkt steeds meer op Almelo,
en er is steeds minder om te doen.

zaterdag 6 februari 2010

IKEJA-IKENEE















De Billy boekenkast bestaat dertig jaar,
lees ik in het lijfblad 'BoekenDingen'.
Dat speelt IKEA dan toch maar klaar
ondanks de niet geringe oefeningen

met planken, balken, schroeven, kasten
die benodigd zijn voor het monteren
door onhandig oefenende gymnasiasten
terwijl de 'krijg nou toch de koleren'

door de muren van de buren klinken
en je die klootchrome inbussleutels
in een Zweedse anus af wil zinken
tussen al die IKEA gehaktbalkeutels.

Maar na veertig miljoen exemplaren
zitten die Zweden niet op de blaren.




vrijdag 5 februari 2010

Passiepreek

Ach, wat moet je toch met die gedichten
en meters bundels in de boekenkast.
Geniet liever van wijdse vergezichten
en houd je vrouw eens stevig vast.

Al dat leed en drama in de poëzie,
je wordt er maar ziek en misselijk van,
het is een zwaar perverse pastorie
met een onchristelijk bestemmingsplan.

Die drang om verzen vol te schrijven,
kom ik daar ooit nog eens vanaf?
Wellicht met veel ramen en veel wijven,
maar dat wordt een passieloze straf.

Ik bevlek mijn wereld maar met regels
en hinkel wat rond op weemoedtegels.

donderdag 4 februari 2010

Het Vrije Vers

Ik dacht aan een liber amoricum,
aan vrienden, verzen, vrij en blij,
het blijkt echter een sanatorium,
gebonden en ook nooit meer vrij.

Er lopen geleerde doktoren rond,
en een flink aantal co-assistenten,
die stoten de stroom in je kont,
voor de vorm, geen woord over venten.

Rare naam voor een laboratorium
waar men valt over een schrikkelrijm,
men leeft er in het Paleozoïcum,
met de botte bijl en beenderenlijm.

Ach, wat zal ik mij toch opwinden
over verse vijanden en vrije vrinden.

woensdag 3 februari 2010

Boekdicht

"Ik zou alle dichters, beginnend of gevorderd,
het brengen van boodschappen willen afraden."
Gerrit Komrij

Geen grotere, diepere, luxere pijn
dan het oeverloos leed der poëten.
Paria's van het literair magazijn,
kleinzerige jankende proleten.

Als Atlas torsen ze de tranenbol,
wentelen zich in morsige verzen,
waarin ze, nota bene voor de lol,
hun miezerige kronkels persen.

Kan iemand ze in godsnaam zeggen
dat er meer is dan die kutgedichten
waarin ze het vadsig lijf blootleggen
en zeker geen wonderen verrichten.

Laat ze allemaal een leven krijgen
en stoppen met dat perverse hijgen.

maandag 1 februari 2010

Speels geluk

Hoe liefde is als oud papier,
rafelig wordt aan de randen,
vergeeld als ongepoetste tanden
in het licht van kille badkamers.

Het is als nieuws van gisteren
in de witte krant van morgen,
vlekkend inkt tussen de woorden
getypt met kleine sloophamers.

Hoe liefde vlamt in oude brieven,
met zinnen klam van klemtonen
gegrepen tussen loopse lendenen.
En hoe wij aan papier vasthouden.

zondag 31 januari 2010

Tower of Song

De doorleefde heesheid van het bestaan
kwam bij mij binnen via stemmen.
Dylan, Cohen, Richards, Waits,
Cave, Reed, Costello, Brood.

Dit was een nieuw soort hooglied,
dat niet uit de hemel daalde
maar omhoog kroop uit de aarde
met lage hese rauwe tonen.
Het gutste hijgend uit het riool
en stroomde door de straten,
zat aan op krukken in de kroegen,
zong van de dope van alledag,
van de verslaving aan het leven.

Het klom en klom en klom,
een met alcohol en vitriool
omhooggestuwde luchtballon.

Ik klom tot ik niet verder kon.

Persbericht














Over de Turing Nationale Gedichtenwedstrijd
bereikte ons het vermeldenswaardige feit
dat van de 15.688 ingezonden gedichten
door ruim 6300 verschillende gezichten
in de top 100 met stip is verschenen
onze plaatsgenoot, Edenaar Arjan Keene.
Zijn naam rijmt overigens op kien en top 10,
door de jury helaas over het hoofd gezien.
En wie de winnaar is? Werkelijk geen idee.
De runner-up dan? Ongewijfeld nummer twee.
In de bundel 'Zoals een haan een ei legt'
wordt op pag. 54 alsnog het pleit beslecht.


zie ook:

gezwind op naar:


dinsdag 19 januari 2010

Musis sacrum

Ik luister niet, zo ongeveer
zoals een muzikant niet danst.
Ik lees ook niet, behalve dan bij
herhaling dat wat ik zelf schreef.
Soms streep ik dat nog door,
verruim het voor iets anders.
Maar ik verander niet veel meer,
het is goed zoals het staat.

Jij en ik, wij zijn al zo lang samen.
Soms is er een kleine oorlog,
dan vallen er woorden uit de ramen.

Later dansen we in het donker,
als muzikanten zonder namen.

Jaardag

Het lijkt een dag als ieder ander.
Je telt er zelf maar één dag bij,
toch weegt het als een jaar.

Bij de microscopische inspectie
van het haar - nu al een traditie -
verschijnen onvermoede spectra.

Men windt er laconieke doekjes om,
maar jij weet inmiddels zeker:
dit is een enkeltje richting ouderdom.

Zo jong nog en al half versleten.
Je koopt een pruik en een rode neus
en pillen die wielrenners dagelijks eten.

Verjaring brengt clowneske wensen
en rollators met medicamenten.


maandag 18 januari 2010

Organismisch

Mijn puberale kant zit rechts,
mijn serieuze uiteraard
ter linkerzijde.
Mijn welgemeende, echter,
zit ergens middenin,
waar het niet echt thuishoort.
Vermoedelijk ook de reden
dat het nooit wat met mij wordt.

zaterdag 16 januari 2010

Vreugdevuur

Ik reis languit naar mijn werk
waar ik letters schrijf die rekenen.
Machines maken daar dan weer
chocola en suikerharten van
of schieten op een verre vijand.

Ik ben er zelf niet bij. Ik kijk wel uit.
Maar met nachtzichtapparatuur kun
je goed zien hoe de hearts and minds
in het donker weer door vriend
en vijand kapot worden gemaakt.

Een oorlog zuivert elk geloof.
De geboorte van de democratie
zal er nog lang worden gevierd.
Zo noemen ze de dag dat wij
er niet meer zullen zijn.

Ik schrijf alvast de ballistiek
voor de brisante confettiregen
en codeer de namen van wat losse
goden diep in de schietbuis
van de vuurmond.

vrijdag 15 januari 2010

Apple airport

...
Ode aan mijn modem

Wij zijn een draadloze verbinding, jij en ik.
Als ik aan je denk dan stromen mijn gedachten
op geluidsgolven door donkere kamers,
jij vangt ze op in glasvezels van blakend licht.

Ik kan steden, landen, continenten reizen
maar ben nooit ver van jou vandaan.
Jij vangt me op in uitvergrote woorden,
ik zie jouw lijf cursief hier voor mij staan.

Jij bent de code die mijn organen opent,
mijn zinnen slijpt tot een scherpe punt.
Jij bent van appels, ik ben van peren,
maar ik weet dat jij dat kunt vertalen.

Gadverdamme

Ik stond bij de patisserie-afdeling
van de Hema,
en vond er chocolade eendeëieren
onder de trema.
Bij deze lekkernij moet ik weer denken
aan mijn oma,
en zie ik bruine eendekuikens kruipen
uit haar stoma.

Qualitate qua

De filosofie en de poëzie,
ach, ze worden maar
wat graag verward
met tegeltjeswijsheden,
liefdesverdriet
en brilroze hartensmart.

woensdag 13 januari 2010

Blögtrik

Ik beperk mij hier maar even,
qua terugblik op de jaren nul,
tot het breed poëtisch leven,
de rest is immers flauwekul.

Er verscheen in het millennium
de Dichter des Vaderlands, DdV.
Voor een bescheiden stipendium
belicht hij bollands wel en wee.

Komrij, fabeldier van naam en eer,
gaf cachet aan de nieuwe functie,
bracht een club, een blad en meer;
de poëzie kreeg weer intrapunctie.

Vinkenoog, nu onsterfelijk en dood,
was ad interim. Daarna Van Wissen,
gedoe met pennen, zonder potlood.
Nasr: Mi takki you, vette schizzel.

Er waren ook andere laureaten,
Hooftprijzen voor Gerlach, Krol,
Ter Balkt, Ten Berge en Verhagen,
te hoog om te bedanken voor de lol.

Naast de tradities op oud papyrus
werd de digitale revolutie feit,
het internet, een prachtig virus,
en openbaar toilet van deze tijd.

Men sloeg massaal aan het bloggen,
en toetert twitterend van blaat,
met veel schapen, te weinig doggen,
en soms een literaire technocraat.

Dat laatste leverde gelukkig nog
de meanders en de contrabassen
en papieren mannen met een litblog
tussen de flamende uitlaatgassen.

Frank van Pamelen in de theaters!
Bravo-geroep en enthousiast gefluit!
En helemaal geen zaalverlaters
maar hard geklap en bis-geluid!

Er was ook nog de komst van flarf.
Persoonlijk heb ik er weinig mee
-'t rijmt niet voor niets op 'barf'-
maar: googlen met taal is een idee.

Ook weer: medeklinkende manifesten,
we gaan het helemaal anders doen!
Je kunt er de klok mee sync zetten,
ik gok op zo'n dertig jaar na toen.

En de tijdschriften, ach gossie.
In 't aculturele politiek klimaat
werden ze geveld, bij bossies,
deels ook door digitaal spagaat?

Het lichte vers, altijd zwaar weer,
De Tweede Ronde wordt KortVerhaal.
Geen trojka of ollekebolleke meer?
Dat is pas werkelijk aculticiaal!

Tot slot van 't roerige decennium,
de anonieme verzenstrijd TNGW,
met een spectaculair honorarium
en een klein stapje richting DdV.

N.a.v. een oproep voor een terugblik
op de Jaren Nul, zie alhier.


dinsdag 12 januari 2010

Een ingmarheytzeke

Heb dit idee gejat
van dilettant poeet:
nu je die meisjes van
achttien zo ziet

denk je in bed is het
vlinderonhandigheid
als je het mij vraagt maar
dat doen ze niet


Ollekebolleke strak naar
'Dilettant' uit De Allesvrezer
van Ingmar Heytze

Letterdwang

Abc Def
Ghi Jkl
Mno Pqr
Stu V

Wxy Zhit wat nu
Alfabetnumeriek
Leuk idee maar 1 2
3 weg ermee

Beeldschoon

Zoeken op internet.
Digitaal vrijplaatsje,
doorgaans in trek bij
merkwaardig publiek.

Daar vond ik mijn liefste
snollekebolleke.
Maar daar op Marktplaats
stond: van keramiek.

donderdag 7 januari 2010

Numerus fixus

Omgekeerd in het hemelbed
in een uitgerekend standje.
Pret voor 10, in dit geval met
2 tongen, 4 lippen en 4 handjes.

Ik denk: denk aan iets normaals
om niet, nou ja, om niet nu al;
is soixante-neuf in 't Koeterwaals
nou wel of niet een priemgetal?

Geloofsbrief

Als je mij zomaar staande houdt op straat
en me vraagt wat of waarin ik geloof
dan heb ik daar geen pasklaar antwoord op.

Ik geloof niet in het bestaan van god
maar wel dat whatever met een enorme knal
is opgegaan in lichtjaren en kleine deeltjes
bij het ontstaan van het heelal.

Ik geloof dat alles hier toevallig is maar
niet dat alles dan ook louter toeval is.
Ik geloof in logica, in oorzaak en gevolg,
al zie ik meestal in het gevolg geen
verband meer met de oorzaak.

Ook geloof ik, nu je mij dat vraagt,
dat ik helemaal geen lid wil worden
van een club die mij wil inlijven.

Bovendien geloof ik ook niets op zicht,
en lieg ik alsof het gedrukt staat.

Spijtoptie

Er zijn woorden die je nooit zal schrijven.
Omdat de pagina er rood van kleurt,
omdat er niemand is die er op wacht,
of gewoon omdat je het niet kunt.

Er zijn vrouwen die je nooit zal krijgen.
Ontelbaar veel zelfs, maar je vrijt
met jouw prinses die alle anderen
overvleugelt. Engel, heks, koningin.

Er zijn zaken die je niet kan schrappen.
Uitspraken die je meed, ongemodereerde
commentaren die je gaf, en de klappen
die je uitdeelde met twee linkerhanden.

Niet alle darlings zijn te killen met een del.

woensdag 6 januari 2010

Watersport

Er was eens een sletje uit Sloten
die deed het 't liefste met boten.
"Van dat wapperend zeil
word ik enorm geil,
en dan die mast! en boeien als kloten!"

dinsdag 5 januari 2010

Nieuwjaar

Ik moet mijn handicaps zien in te dammen.
Minder roken, werken, drinken, zwammen.
Meer aandacht, lieve woorden fluisteren.
Minder naar goede voornemens luisteren.

Mooi weer spelen

De stad staat op kromme stelten.
Vreemde figuren dansen op straat.
Kragen en franje en zomen van kant
stuiteren van hoek tot stoeprand.

De zomer laat de ijshoorns smelten.
Men kijkt clowns en lacht melaats.
Lichttherapie voor de zwaarste zielen
door een troupe plezierige debielen.

Ik bekijk het van de positieve kant:
vandaag springen er minder van een rand.

De crisislente

Vanaf nu beweeg ik alleen nog maar
met winstbejag in het termijnvizier.
Waarom zou uitgerekend ik een haar
beter zijn dan een gemiddelde bankier?

Collectanten verwijs ik resoluut de deur.
Die Roma-vrouw met de daklozenkrant
bestook ik met nieuwrechtse terreur.
Ga werken, kreng. Liefst in eigen land.

Ik ga leningen aan met als onderpanden
stapels lege BV’s zonder luchtjes eraan.
Ik importeer spullen langs kinderhanden
uit landen die toch nog niet echt bestaan.

Een fantastisch gevoel. Door en door slecht.
Ik kan het je werkelijk warm aanbevelen.
Als je wilt verzeker ik voor jou het recht
op zwijgopties voor de nieuwe aandelen.

zondag 3 januari 2010

Rites de passage

Daar waar jij nu bent zal het licht zijn.

Er zijn misschien geen woorden

voor wat wij hier benoemen.

Geen woord voor adem,

geen woord voor pijn.

Er wordt gefluisterd dat het er

mooi schijnt te zijn.


Wie zal het zeggen.

Jij zou waarschijnlijk zeggen:

bestaat niet.


Jij was het wel, die ons vertelde

van de rites de passage,

de rituelen en de overgangsfasen.

Jij wist er alles van,

hoe dat werd gevierd

in de meest merkwaardige culturen.


En dan nu deze passage, de laatste uren,

naar een plek die niemand kent.

Er is geen geografie die dat beschrijft.

Er is geen kaart van het gebied,

geen tomtom waarop je de wegen ziet.


Wij blijven hier,

en zoeken woorden

voor wat jij achterliet.


I.M. Hans Muller

28-01-1929 -- 28-12-2009